Being active in the dutch green-left party Groenlinks... what's that?

Wednesday, February 28, 2007

Vijf ideeën en vijf presidenten: ten redenen voor groenlinks om (meer) aandacht te geven aan Latijns Amerika

Twintig jaren geleden kon progressieve Nederlander makkelijk over LatijnsAmerika denken. Toen leefden wij met genoeg politieke vluchtelingen, die in Europa woonden na hun vlucht voor het martelen en de armoede van het Zuid-Amerikaanse continent. Veel Latijns-Amerikanen waren betrokken bij veel discussies in de eerste jaren van Groenlinks. De Nicaraguaanse revolutie was nog een belofte, en niet de teleurstelling die het later is geworden. Spaans praten was een politieke stelling, niet de mode die het vandaag de dag is. Een bekende tango (die u zich misschien ook herinnert) stelt dat “twintig jaren niets zijn” Maar het landschap van de Zuid-Amerikaanse discussie is sterke veranderd. Hier zijn niet meer zoveel politieke vluchtelingen, en de latinos die twintig jaren geleden in NL leefde zijn geassimileerd of teruggegaan. Latijns-Amerika kent een democratiseringsgolf. Eerst de ineenstorting van de Balkan, en daarna de Afrikaanse tragedies, werden belangrijkere thema's. Latijns-Amerikaanse migratie werd arbeidsmigratie, en geen politieke migratie meer. Kortom, Latijns-Amerika is nu niet meer zo'n interessant thema in Groenlinks. De tekst die volgt probeert dat idee te veranderen. De tijd is weer rijp om te denken aan het land aan de andere kant van de zee.

Nou, als een Argentijn-Venezolaan die zes jaren gelede aan de kust van Nederland kwam (vanaf de bergen van Zwitserland) hoop ik Groenlinks nog een goede beschrijving te bieden. De politieke en economische veranderingen van Latijns-Amerika gaan ongelooflijk snel. Dus kies ik voor een echte Nederlandse vorm: kort (en krachtig!). Hier stel ik vijf ideeën en vijf presidenten, voor die samen tien goede redenen maken om denken over Latijns-Amerika. Lees verder, en debatteer mee.

Eerst (pragmatisch) idee: Handel

Laat maar beginnen met de vanzelfsprekende. Wij leven in een geglobaliseerde tijd. Dat brengt Latijns-Amerika dichter naar Europa eventueel alleen voor economische redenen. Juist, er zijn veel meer Chinezen dan Zuid-Amerikaanse mensen, of er zijn veel meer “emergent economies” binnen Azië. Maar de groei van Venezuela of Argentinië, zijn groter of vergelijkbaar met de “Aziatische tijgers” van de jaren tachtig. Cultureel en economische gezien, staan wij dichter bij Latijns-Amerika dan bij Azië. Kijk eens naar initiatieven zoals de Mercosur. Enkele Zuid-Amerikaanse landen blijven proberen om economische grenzen te laten verdwijnen, net zoals Europa vijftig jaren geleden begon. Traditioneel gesproken wordt de handelen van Latijns-Amerika gedomineerd door Noord-Amerikaanse bedrijven, maar de politiek is bezig om dit te veranderen. Europa, zoals de Spaanse bedrijven hebben geleerd, heeft een groot potentieel in Latijns-Amerika. De Nederlandse economie heeft ook grote belangen in de regio. Denk aan Shell als een oliebedrijf, en de reserves van de venezolaanse olie of Boliviaans aardgas. Of denk in water-management technologie die ontwikkeld is in NL, en de grote waterwegen zoals de rivieren Amazonas, La Plata of Orinoco.

Nederlandse handelaren hebben altijd een rol gespeeld binnen het caribische gebied. De raffinaderijen op Curaçao verhandelt een grote deel van de venezolaanse olie. Antillianen en Surinamers zijn een levend deel van de Nederlandse bevolking vandaag. Zowel om economische als culturele redenen staat Nederland dichter bij Latijns-Amerika dan Groenlinks denkt.

Tweede idee (ook pragmatisch): Migratie

Migratie is het “hot issue” van de Europese politiek en zal niet verdwijnen in de toekomst. Sommige mensen zullen blijven herhalen dat wij meer migranten nodig hebben, sommige anderen zullen blijven denken dat wij minder migranten binnen moeten laten. Het migratiethema zaait het meeste in de politiek agenda van vandaag. Veel partijen zijn eens met elkaar: wij moeten meer aandacht geven aan het broeikaseffect, of de verzorgingsstaat moet teruggehaald worden. Maar het antwoord op het migratievraagstuk is nog ver van enige politieke consensus. Een feit is dat de emigratie van Latijns-Amerika groeit, en zal blijven groeien. Het verschil met de situatie van twintig jaren geleden, of met de situatie van de Afrikaanse migratie, is dat Europa op dit moment weinig politiek migranten van Latijns-Amerika krijgt. In Latijns-Amerika zijn er weinig tragedies op grote schaal, zoals hongersnoden of burgeroorlogen van Afrika. De Latijns-Amerikaan migrant van vandaag is een arbeidsmigrant. Mensen die zullen werken voor wat ze kunnen, of mensen die al gestudeerd hebben, en de beter betaalde banen van Europa willen. De meeste van de migranten van Latijns-Amerika gaan naar Spanje toe. Maar deze mensen overwegen ook om naar andere landen van Europa te gaan. Dat maakt de situatie van de Latijns-Amerikaanse migrant heel interessant voor Europese landen. Groenlinks zegt dat wij een controleerde migratie beleid willen. Wij streven om migranten aan te trekken die al banen hebben om hier te werken. Het is bekend dat Latijns-Amerikaanse migranten hun connecties met hun land van oorsprong houden, niet alleen per telefoon of e-mail, maar ook met het sturen van geld en de bijhouden van professionele relaties in de R&D sector. Dat voorkomt het risico van “brain (en economische) drain”. Het huidige europese beleid over migratie gaat veel te veel uit van de ervaring van de na-oorlogse jaren: De gastarbeiders zouden nooit terug gaan. Maar de nieuwe golf van Latijns-Amerikaanse migranten is anders, en de huidige realiteit in Latijns-Amerika is anders dan de realiteit in Turkije of Marokko van twintig (of meer) jaren geleden. De golf van de Latijns-Amerikaanse migratie die nu in Europa begint zal de perceptie veranderen die de Europeanen van migratie hebben.


Derde (politieke) reden: Latijn-Amerika groeit zowel in haar macro-economie als met haar armoede.

Economische en migratie groeit dwing Europeanen om Latijn-Aamerika te denken. Wij moeten denken aan economie en aan migratie. Daarom zijn de vorige twee ideeën pragmatische van aard. Er zijn ook nog andere redenen. Redenen die komen van de kern van Groenlinkse ideeën. Als de economie snel groeit in Latijns-Amerika, groeit de armoede ook. Hoe rijker het land wordt, hoe meer arme mensen het land heeft. Deze tegenspraak met een fundamenteel idee van het liberaal economische gedachtengoed zou kunnen ons inspireren om meer te denken aan Latijns-Amerika. Groenlinks zoekt nu de hernieuwing van wat het betekent om links liberaal te zijn. Als Groenlinks iets nieuws om te bieden heeft over liberale economie, is dat een antwoord op de tegenstelling tussen economische groei en armoede groei. En dat is een relevante vraag voor Latijns-Amerika. Is het stuk “Vrijheid Eerlijk Delen” een interessant stuk voor Latijns-Amerika? of is de Latijns-Amerikaanse ervaring met liberale theorieën iets waar wij van kunnen leren over de risico's van liberalisering? Ik ben me wel bewust van de risico's van geïmporteerde modellen van het ene land naar het andere. Maar de discussie over het belang van het “Scandinavische model” in Nederland kan misschien iets leren van het reeds ingevoerde “neoliberal model” in Latijns-Amerika. Daar hebben wij een extern voorbeeld dat het interessanter maak om aan Latijns-Amerika te denken.

Vierde -ideologische- reden: latijnsamerika is rood geworden

De stelling is bijna vanzelfsprekend. Na elke recente verkiezing gebruiken de nieuwe regeringen van Latijns-Amerika de zelfde kleuren van Groenlinks. Meer nog dan de vanzelfsprekende sympathie die deze ontwikkeling voor ons heeft , zijn er diepe ideologische redenen om ook daarover na te denken. In de latere tachtiger en negentiger jaren, volgden de Latijns-Amerikaanse beleidsmakers volgen wat men zou kunnen noemen een matig neoliberaal economisch beleid. Venezuela opende haar olievelden voor de grote internationale bedrijven, Argentinië heeft haar valuta gekoppeld aan de dollar, de “Free Trade Area for the Americas” een initiatief van de VS regering, lijkt goed. Maar deze politieke keuzen waren geen oplossing voor de grote problemen van de Latijns-Amerikaanse regio. De situatie schootterug. De grote bevolkingsgroepen van Latijns-Amerika blijfven arm, ondanks de economische groei. Nobel prijswinnaars zoals Stiglitz reageren tegen de “Washington consensus”. Het politieke leiderschap van de regio smelt snel, door spiralen van corruptie en schandalen. Een nieuwe soort van politici groeit. Niet verwonderlijke, deze nieuwe politici geven vooral aandacht aan arme mensen. Het resultaat is een echte mix, en heel interessant. Latijns-Amerikaanse regeringen zijn niet makkelijk te vergelijken. De taal van de president, en de beleid dat dezelfde president implementeert verschilt. Maar bijna alle nieuwe regeringen delen een ding. Alle huidige regeringen in Latijns-Amerika zijn zelfbenoemde links. Ik geloof dat de diversiteit van meningen over wat links betekent -bijna per se- interessant is voor Groenlinks.


Vijfde en laatste -politiek- reden: Latijns-Amerika is nog groen

Groenlinks is, inderdaad, meer dan rood alleen. Onze prioriteit ligt ook aan het onderhoud van natuur, juist nu, nu de toekomst van het broeikaseffect en verminderde biodiversiteit niet meer alleen de nachtmerrie is van de rare bioloog, maar meer een hard feit. Een globale kijk op de wereldkaart maakt duidelijk dat de meeste van de “biodiversity hotspots” van de wereld in Latijns-Amerika zijn. En ze staan onder druk. Van koralen in de wateren van de Caribische zee voorkomt de dreiging van hotelbouw, tot de druke op de regenwouden in de Amazone door de honger van de bevolking. De regeringen van Latijns-Amerika hebben veel gepraat over biodiversiteit. Gelukkig, zijn het geen gebieden met burgeroorlog, en ook geen kleine eilanden in het midden van de Stille Oceaan. De belangrijkste plekken hebben min of meer stabiele regeringen en makkelijk toegang. Europees en Nederlandse kapitaal geïnvesteerd om duurzam ontwikkeling van de Latijns-Amerikanse continent is niet onvoorspelbaar. Curricula in aanbod van o.a. De Wageningse Universiteit hebben veel experts afgeleverd, met jaren ervaring in de regio. Het is geen toeval dat de woorden “duurzame” en “ontwikkeling” waren gekoppeld bij eerste keer in Rio 1992. Als Groenlinks haar ideeën over natuur waar wil maken, hebben wij veel meer te doen in Latijn-Amerika.

Vijf –democratische- presidenten

Wie is wie in de latijnsamerikaanse politiek? Lees de kranten de laatste maanden en hun Spaans klinkende namen zijn vaker en vaker in de koppen. Evo Morales, of Chavez, zijn globale merken geworden. Maar wie zijn ze? Dragen ze de progressieve fakkel, of zijn ze simpel bananen-republiek caudillos? Volgens mij is de vraag belangrijker dan de gewone behoefte om te weten wat er gebeurt in een land ver weg. De vijf presidenten die ik praat hier over zijn een teken dat de linkse kerk -tenminste in Latijns-Amerika- verre van leeg is. Of, om de Bijbel te citeren, “veel zijn de kamers van de Heer”. Het is belangrijk voor ons, groenlinksers, om te zien hoe andere mensen betekenis hebben gegeven aan onze zelfde ideeën.

Laten we maar beginnen met Chavez, de militair die revolutionair wordt, de demagoog en machtige centralist. Chavez is het typische resultaat van de failure van het traditioneel (en western) democratische model. Afgelopen veertig jaren waren in Venezuela de sociaal-democraten en christen-democraten (de zusjes van de PvdA en de CDA) om en om aan de macht. De laatste jaren waren hun ideeën oud, en hun politici corrupt. Hun geloofwaardigheid ging snel naar beneden en Chavez greep de macht. In Nederland hebben wij Fortuyn gehad (en later de LPF), met een politiek kapitaal gebaseerd in kritiek op het puin van Paars. In Venezuela hebben wij Chavez gekregen, gegroeid op kritiek op dezelfde politieke familie. Zij acht (en sinds laatste november vier meer) jaren aan de macht hebben groot geld geïnvesteerd in de oplossing van armoede. Jammer genoeg is het meeste van de investering niet gecoördineerd en wel corrupt. Chavez' regering toont ook concentratie van macht in de uitvoerende macht van de regering zonder precedent in de venezolaanse geschiedenis. Chavez heeft zelf lijsten gebruikt van zij tegenstemmers om te verzekeren dat mensen die stemmen tegen hem hebben uitgebracht, geen baan krijgen in de publieke sector. De meest recent ideeën van Chavez zijn de privaat televisie kanalen te verbieden en enkele grote industrieën zullen gerenationaliseerd worden. De toenemende internationale profilering van Chavez maakt hem relevant, ook voor Nederland.

Na Chavez kunnen wij de andere kant van de munt bekijken met Lula, de vakbondsleider die liberaal wordt. In Latijns-Amerika is Lula de president met de meeste jaren als politicus. Voordat hij president was, was Lula ongeveer tien keren kandidaat. Binnen de club van de Latijns-Amerikaanse presidenten, als iemand de globale, liberale en economische wereld van vandaag begrijp, dat is Lula. En als iemand geloofwaardigheid verdient voor zijn kom, als iemand altijd hard heeft gewerkt voor de rechten van de armen, dat is Lula. Maar nu is Lula's regering is een moeilijke mix van liberaal beleid en linkse idealen. Lula is misschien een voorbeeld van waar een regering van Groenlinks op zou lijken.

Evo: Hij is de tweede indiaan die vanaf een armoedige geboorte, president is geworden in Latijns-Amerika (de eerst is Toledo, de vorige president van Peru). Evo Morales is een vertegenwoordiger van vierhonderd jaren van onderdrukking van de indiaanse bevolking. Het is te vroeg om te praten over het beleid van Evo, maar vroeg genoeg heeft hij de belofte van nationalisering van het aardgas waar gemaakt. De hele wereld geeft veel aandacht aan deze nationalisering Minder aandacht is gegeven aan het feit dat deze bedrijven geen Europees of Noord-Amerika bedrijven zijn, maar Braziliaanse bedrijven. Details zoude later komen, en Evo is er goed in om de media effectief aan te gebruiken. Maar populist of niet, radicaal of niet, Evo Morales is naar de voren gebracht het feit dat Latijns-Amerika de facto apartheid heeft. Grote sectoren van de samenleving, grote indianse sectoren, hebben geen contacten gehad met het andere deel van de samenleving in de laatste vierhonderd jaren. Dankzij Evo, is nu een erkende situatie.

Kirchner: Na de jaren met duizenden van gemartelde en vermoorde mensen, Kirchner is de eerste president van Latijns-Amerika die de massamoorden van de laatste dictators aangegrepen heeft. Verder is Kirchner de enige levende regent die grote en georganiseerde demonstraties gebruikt als propagandamiddelen voor zijn beleid. Herinner de boycot die Kirchner zelf georganiseerd tegen Shell, of de grote demonstraties tegen de vervuilende projecten van Argentijns buurland Uruguay. Minder mooi zijn de toenemende geruchten over de controle die Kirchner wil hebben over de publieke media.

Bachelet: Na een poging om in Europa te leven als politieke vluchteling, kwam Bachelet terug om haar artsopleiding af te maken, Chili onder Pinochet. Later was zij de eerste vrouw als Minister van Defensie te zijn. Dezelfde generalen dat terug in 1974 hebben haar vader gemarteld en vermoord waren onder haar stuur. In de sterke patriarchale en conservatieve chileense samenleving (waar Pinochet vandaag nog genoeg publieke steun heeft) vertegenwoordigt Bachelet het toenemende belang van vrouwen in een continent dat vandaag nog, tenminste in de ogen van Europa, veel te veel een macho bestuur heeft. Het beleid van Bachelet zal waarschijnlijk een voortrekking zijn van haar voorganger, een pragmatische en gematigde linkse regering.

Samenvatting. Vijf plus vijf is meer dan tien.

In de tekst boven heb ik geprobeerd een wisselend landschap van pragmatisme, ideologie en beleid te presenteren. Ongetwijfeld zijn de ideeën van mijn groenlinkse collega's over Latijns-Amerika zo verschillend als de betekenissen van links verschillende is in Latijns-Amerika. Als het mij gelukt is, zullen wij over deze verschillende meningen debatteren. Latijns-Amerika is inderdaad een groot deel van de wereld. De ideeën en de personen waar ik over heb gepraat, zijn verbonden en gemengd. Net als Europa een divers continent is, Latijns-Amerika is een fascinerende collage van situaties. Pogingen om deze realiteit te reduceren tot tien punten is niet goed mogelijk. Politieke, of geografische, of historische connecties maken de landschap wat ik hier beschreven heb, veel complexer dan hier gezegd is. Maar het doel is om op een debat aan te sturen. Groenlinks is een kosmopolitische partij, met belangen die verder rijken dan de dijken. Ik hoop dat de lezer mijn versimpeling vergeef, en erkent dat vijf plus vijf niet alleen meer dan tien is, maar een realiteit is die het verdient om verder over na te denken.

Wednesday, February 21, 2007

Inti Suarez als secretaris buitenland? Waarom?

In mijn eerste week als groenlinks lid, bezocht ik het groenlinks Forum. Dat forum ging over emancipatie. Voorgaand aan die dag heeft de partij maanden geïnvesteerd om over emancipatie te discussiëren. Verschillende groenlinkse gremia debatteerden, om meningen uit te wisselen op die Forumdag. Daarna heeft de TK fractie enkele visieteksten geschreven. In onze verkiezingsprogramma's is tot nu toe emancipatie een kernwaarde van groenlinks.

De emancipatiediscussie als een geheel is voor mij een voorbeeld van een goed functionerende partij. Het partijbestuur wijst thema's aan om een visie te ontwikkelen. Het kader van groenlinks is dan betrokken in de discussie. Niet alleen het groenlinks kader, maar ook de georganiseerde burger is uitgenodigd voor onze discussies. Groenlinks visie is dus ontwikkeld, vanuit de brede in de samenleving tot aan de dagelijks politiek praktijk van Femke Halsema in de Tweede Kamer.

Dit is ook de werkwijze die ik zou willen als buitenland secretaris van groenlinks. Groenlinks is een kosmopolitische partij. Wij kijken over de dijken heen, en dromen over een Nederland dat betrokken is bij de hele wereld. Wij hebben een nog lange weg te gaan om dit waar te maken. Ik noem hier twee thema's om verdere stappen te zetten op die weg.

Denk aan de spanningsveld tussen financiële liberalisering en de antiglobalistische beweging. groenlinks is tegen de exploitatie van de derde wereld door multinationals, maar wij begrijpen dat zonder globalisering ook de fair trade beweging te weinig ruimte zou hebben. De tijd van grote demonstraties, zoals in Seattle of Genoa is voorbij. Visie ontwikkelen is wel nodig. De invulling van het begrip anderglobalisme is interessant voor groenlinks om mee bezig te zijn.

Een ander belangrijk thema is migratie. Groenlinks heeft al een migratie visietekst van twee jaar geleden. De dilemma's waar wij toen over spraken, zijn vandaag richtinggevende dilemma's voor de migratie discussie in de EU. Nu is het moment om deze dilemma's te vertalen in concreet beleid. Groenlinks heeft brede expertise en zal die op de internationale podia moeten inzetten.

Wij hebben de afdeling buitenland, wij hebben het SDS, het Noord-Zuid netwerk, de Europa werkgroep... en ook nog het Kleurrijk Platform! En we hebben honderden leden die ook lid zijn van internationale organisaties, van het kleinbedrijf tot de grote NGO. Mijn doel als secretaris buitenland is om onze visies vorm te geven met die brede groep van internationaal-gerichte groenlinks leden . Nederland kan een belangrijke rol spelen in de wereld, en groenlinks heeft de verantwoordelijkheid om die invloed... te beïnvloeden.

De vraag is of ik geschikt ben voor de taak. In mijn resumé (http://www.scicha.org/ms/resume.doc) staat mijn opleiding en werkervaring. Hier geef ik mijn “groenlinks resumé”. Ik ben bestuurslid van groenlinks Utrecht, met als speciale functie werkgroepen coördinator. Ik schrijf een vaste column voor het lokale ledenblad “Linksom”. Ik was kandidaat voor de gemeenteraad, en lid van de campagne commissie. Ik was vertegenwoordiger van de stad Utrecht in de partijraad.

Binnen landelijk groenlinks ben ik sinds anderhalf jaar voorzitter van het Kleurrijk Platform. Vorig jaar heb ik twee workshops georganiseerd tijdens de Heerlen group/European Green Party bijeenkomst “Living in big cities”. Als lid van het Kleurrijk Platform ben ik coauteur van de “groenlinks visietekst migratie”, die op het congres van 2005 is vastgesteld. Ik heb namens groenlinks gesproken op een congres van de Groene-Bundniss 90 in 2004. Ik was lid van de Europa werkgroep, en initiator van De Werkvloer, de werkgroep voor de MKB sektor

Een partijtijger? Misschien. Met mijn jaren van rondstruinen in het groenlinks kader, wil ik nu mijn ervaring inzetten voor het partijbestuur. Ik zie mijzelf als een wereldburger (ik heb drie paspoorten), en misschien zou ik best in nog andere landen kunnen wonen. Maar ik weet zeker waar ik de komende jaren wil zijn. Ik wil een deel van een proces zijn, een groenlinks proces. Het proces om ons kader in contact te brengen met de brede wereld... en andersom!

Sunday, February 11, 2007

Migration and groenlinks, 2007

The last meeting of the Kleurrijk Platform was about migration. What follows is my version of the “stand van zaken”

1) groenlinks position
2) EGP (non existing yet) position
3) Groenlinks MEPs position
4) KP position today
4.1) Our agreements with our MEP
4.2) Our disagreements with our MEP
4.3) Our internal disagreements
5) A way forward: questions to answer
6) Activities

1) In 2005 Groenlinks agreed in a visietekst migratie. In that text several dilemmas were presented, and tentative solutions were offered. The two most crucial issues were the tension between brain-drain and brain-gain and the possibility of foreign workers diminishing the labour condition of workers in NL. These two issues are dilemmas because an eventual opening of dutch borders to labour migrants might imply that there is a substantial brain drain in the countries of origin and a substantial impoverishment of labour conditions in NL, if facing a wave of cheap workers from abroad. But we also consider that migrants might produce brain gain, going back to their countries after a period of working abroad, and internal labour markets should be, in any case, open to more competition. The solution that groenlinks described in 2005 was to consider schemes of circular migration, in which people expend a time working abroad, but goes back to their country of origin.

2) The European Green Party (EGP) has agreed since several years ago in create a working group on migration. The problem is that at the european level the greens have no unified position on migration, which keep on growing as an issue of concern inside different countries of the EU. It is expected that this year the work group will finally assemble itself, and produce a debate on the matter. A principles declaration was agreed in the last EGP congress, and meetings of the “work-group to be” are scheduled for before the summer.

3) Our fractie in Brussels is also busy with the migration issue, and Kathalijne has taken the task of producing a discussion paper on migration, which is expected to fuel the discussion of the Green Group (that is the full set of parliamentarians that green parties have in the EP). This position is very needed, since the European commission has several initiatives on the way, in order to produce legislation on migration. So it is very desirable that the greens are able to produce a coherent answer, or position. The discussion paper of Kathalijne tackles the current discussions alive in the European Commission, and present the view points agreed back in 2005 by groenlinks. In broad lines, temporal migration schemes are offered as interesting solutions to the migration debate that rages across europe.

4) We at the Kleurrijk Platform have been acquainting ourselves with the discussion as it is today. We collaborated with the writing of the paper back in 2005, and today agree that 2007 is an important moment to concrete our position at the european level.

4.1) We certainly identify as positive that our people in Brussels are busy with the migration issue. And further we are happy to know that a standpoint discussed here is being broadly presented in the european context. With the actual contents of the position, we agree in that legislation is needed and it is going to happen, so the greens must have a clear position. Our fractie realizes that the legislation that the commission is intending to pass soon affects only the two extremes of the migration question. Legislation is prepared to regulate the movement of top employees in transnational firms, and to regulate the movement of seasonal workers. But a whole vacuum is left for the big group of migrants: people that able to compete in the european labour markets, having an education abroad, are prevented to migrate today to Europe by different sorts of restrictions. It is certain that we greens must develop a set of ideas to tackle this group of migrants, by far and large the most important, if only numerically speaking.

4.2) We as KP are less happy with the attention that Groenlinks and our europeans give to temporal migration schemes. We believe that they are not enough to tackle the migration pressure both from abroad and from inside. Migrants want to come to europe today, and the european labor market needs them. Temporal migration schemes are not enough to tackle this reality. We need more ideas and proposals.

4.3) As KP we don't agree with ourselves in what groenlinks, or our parliamentarians, should do. Some of us believe that temporal migration schemes are seriously flawed, implying very bad ethical and political positions. Some of us would like to see more attention to a policy such as the northamerican green card system, in which quotas of needed migrants are fixed and staying permits are given randomly to potential migrants. Others from us would like to see a “temporary visum plus” scheme, in which whoever that would like to find a job in europe, might try to do so, and if successful in a reasonable amount of months, should be granted a work-and-residence permit. So we have at least two alternative proposals to the current position of groenlinks.

5) The way to move forward, as the attendants to the last Kleurrijk Platform discussion on the matter agree, is to produce more sustained discussion. Migration is far from being a simple issue, and lots of expertise and research (outside the politician's realm) exist. The Kleurrijk Platform will, in the coming future, organize a round of discussions, with politicians and scientists involved in the matter. Faced with such a crucial issue as migration, and a diversity of opinions on it, we should expand the borders of our discussion club. And we will. Soon a dossier migration is to be compiled in our site (kleurrijker.nl) and open discussions will be announced. Questions that have to be sharpenly answered (among others) follow:

-In what differs a temporary migration scheme anno 2007 with the gastarbeider program from the '70s?
-Why green-card systems are not politically acceptable in europe? Should the greens go for them?
-Should a foreigner be able to compete with a dutch for any job?
-Should integration policy be linked to labour migration policy?
-Is brain drain (a collective phenomenon) reason enough to forbid migrants (individual people) to migrate?


6) Regarding our party groenlinks, we intend to organize a full discussion on migration in the summer, hopefully presenting a proposed updating of our current visietekts on migration. For that final discussion, several expert meetings will be organized before.
Regarding the EGP, groenlinks has chosen a trio of new representants to this federation. IN the short coming time, our contact with Bas Eickhout, Jos van Dijk and Lin Tabak will be reinforced, hoping that one of them, or even one of us groenlinksers, could participate in the EGP werkgroep on migration.
Regarding our people in Brussels, we hope to go on talking. We will participate in the conference to be organized in may, and offering our parliamentarians all the support (and criticism) from which we are capable. If we kleurrijkers agree in something unanimously, is that so far is a pleasure to talk with our european fractie, which has shown itself open to hear our ideas and criticisms.

Thursday, February 08, 2007

Groen op 1, sure... maar welke groen?

Regerakoord in hand, a new era opens up in dutch politics. From the six pilars used in the spin of the new governmen (innovatie, concurrentie en ondernemen; duurzame leefomgeving; sociale samenhang; veiligheid, stabiliteit en respect) , one is sustainability. So, at last, we are seeing the moment in which green matters for politics.

Of course, lets all be upset for a moment contemplating the fact that Groenlinks is not part of this government. Femke was right, after all. This cabinet is welcomed as leftier and greener than the previous (Het nieuwe kabinet van CDA, PvdA en ChristenUnie wil „werken aan groei, duurzaamheid, respect en solidariteit". NRC), and we are not needed for that. But hey, that belongs to history now. Lets try to see ahead.

Seeing ahead has been the great added value of the political green movement. Since decades ago we have been saying what today Al Gore is acclaimed for. We can claim success. Not in the power politics, since we are not needed, but in what is more important, the thinking politics. It is possible today, in the light of the government agreement, to claim that our goals as transformers of society has been achieved: sustainability is a relevant part of the political agenda.

So, what now? I can imagine three options. We can dismantle Groenlinks, to start with. Since our goal was to get green in the politics, we won and it's over. Enough Green, then, and let's send a half of our members to the SP, another half to the PvdA, and minorities to the Christen Unie, D66 or even VVD. There is, though, another option. We can go on saying that we, being The Green Party, know better than the other politicians when talking about green. We can poke holes in the current program of government, introduce nice points in the regional elections, maybe even invite Arnold to our meetings, and follow what is today the hype. Guarantee for Better Green will be our motto. And yet we have one option left. We can update ourselves, and try the same movement that Femke succeed in doing with our left-wing ideas. Vrijheid Eerlijk Delen followed up by Eerlijk Groen voor Alles (I thought about Groen NU, or Libertair Groen, but they seems too extreme options).

Not surprisingly my option is the last one. Because I feel a serious problem for us today. I feel that we are left behind. Ask yourself what is the added value of Groenlinks, if a cabinet of the PvdA, CDA and CU is greeted as social and green. Was that not our thing? Are we then needed? Let's not answer that question for now, and let's think what Eerlijk Groen voor Alles might possibly mean. Let's think in a couple of issues.

Begin with population and housing growth. That seems to be the main problem that sustainability faces. How to be friendly with the environment if every second we are more people? I still regret that the congress rejected the idea of creating a new green city, but the way the proposal was moved inside groenlinks was not good. Could we not rethink that proposal, now with discussions in the afdelingen that would be affected? Couldn't we tackle a sacred cow (not only in Groenlinks but in Netherlands) and consider the possibility that the Groene Hart might be once urbanized? Or another sacred cow and consider that without horizontal growth we might need vertical growth? And then get groenlinks developing the idea of “a new skyline for NL”, in which environmentally friendly buildings of hundreds of floors are to be though as new living spaces?

Lets go on with nature as such. I know, it doesn't seem to be a lot of nature left in NL. But then again, why not to recover it aggressively? Imagine groenlinks asking for Rotterdam Harbour be moved into the sea (Dubai style) and recovering the whole area as a nature reserve, starting at the sea line and ending at the Biesbosch. That would probably be the bigger european water reserve. Imagine local afdelingen of groenlinks asking that the water in the channels of any city must be drinkable. Imagine the change of farm culture that such a proyect would imply. Or imagine groenlinks asking for the expropriation of the whole Groene Hart in order to re-create an original european forest. Not only goats and sheeps, but wolves, bears and lynxes, not to mention aurochs and deers.

And for once, let's take serious our cosmopolitan imago, and realize that the real battle against global warming is not fought switching off some of our appliances or commuting from oil to wind power... but protecting the oceans from fishery, and the rain forests from wood extraction and human growth. Lets ask NL first, but then Europe, to play a role in the real biodiversity hotspots, all of them situated today in the third world, and threaten with famine, war or simply human growth.

Who knows, maybe my biologist training blurred my political thinking, and maybe all what I write is politically unacceptable. But the question remains. Is Groenlinks happy with our thinking on green? Or does it need a serious (and according to me, extreme) revision?

Monday, February 05, 2007

Five short lessons from a long congress, and a reflexion

1) We are a debate party, if we are reminded of it:
Call for a discussion and everybody will agree, even the bestuur will support you. But call for the discussion anyway: it is not going to happen for itself. Without the (in)famous motie, no regional meetings would have been planned.

2) Debating is done with transparent points:
Joost Lagendijk carried the day, offering candid criticism on the decision about participation in the government. Leo Platvoet did not carry the day, positioning himself as critic member, but leaving the impression that more than what he said was on his mind.

3) Appeasing is stronger than confronting:
Henk Nijhoff was re-elected. His position was clearly the one of an unifier, the man that can peacefully lead a diverse group. Marcel and Patricia showed (a bit of ) more controversial faces to the congress, and they were not elected.

4) Nobody likes to see the steel under the satin glove, but we like to know that it is there:
Femke speech was brilliant, as usual. Everybody smiled when she compared Paulus de Wilt, Leo Platvoet and Joost Lagendijk with Wouter Bos. That was funny. But there was a shared gasp of the congress on her sting: “once but not again” against Joost Lagendijk. Even the persons that complain about Femke's softness were distresed about this harsh core made visible. But again, perhaps that is why she got an standing ovation, and not Leo Platvoet.

5) We are not scandinavians, but we are not going back to the traditional left
The previous congress took away from the election program every proposal that sounded too rightwingish, or that was fundamental to the scandinavian model. But this will not bring us back to where we were before Vrijheid Eerlijk Delen (gelukkig maar! I would say). Every corridor conversation that was started by “we should go back to the party of Rosemuller” was greeted with boringness and disbelieve. No way back.

But we still do not agree on our goals, a reflexion

Last but not least. We agree to discuss in regional meetings about “the course, the imago and the culture” of groenlinks. I do not believe that there is a real discussion now to give about the course. We like the spirit of Vrijheid Eerlijk Delen, and anyway we'll have a discussion on ideology in the coming two years. And what have we to say about campaign, or imago? Should we really discuss if Femke in a car is a good idea? Or if the slogans were good enough, too elitarian or too whatever? Not really.

The real discussion that we still have to give is our goal as party. Are we trying to get a group of electors, and only one, as the post-materialistic hedonistic are? Are we happy with the idea of a niche party? Or should we go from the niche that we already have to a national position? IN that discussion there is much to be said. It might come out of discussing imago and campaign, but ultimately has much more to do with the culture of our party. If we are really in the search of power, we should be more open. More open to groups that we have abandoned, like allochtonen or educators. We have no structural relations with them. A party of the XXI century is still searching on new ways to reach out. Look at Segolene hearing hours of ranting citizens, profiling herself as a woman of the people. Is that what Femke, Tof or Henk should do? Probably not, we are no French. But what then? How do we change this trend of loosing elections with the winning of the spaces that we ultimately represent? How do we remind the poor and the excluded that we have better solution than other parties for them?

For what I can think, in groenlinks is time to set higher goals. We need connections. A political party is no club of (good) civil servants. A political party is the link in between government and citizen. There we have lots to do. The Kleurrijk Platform, my own club, manage to organize a week ago a meeting with wethouders and raadsleden from the whole land. Groenlinks people, that is. But we still do not talk with the organized migrant, the interesting intellectual like Gowricharm or Ramadan, the teacher of a black school, or the progressive imam. If our culture moves into growing those connections, then we will be on the right way.